Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En aangaande hun gedaanten, die vier hadden [45]enerlei gelijkenis, [46]gelijk of het ware geweest een rad in het midden van een rad. 45. Welke betekent dat in al Gods werken en wonderbare gelijkheid is van wijze, orde en volmaaktheid. 46. Zie boven hfdst.1 vs.15, op de woorden vier aangezichten. Idem zie de aantekening in hfdst.1 vs.16.